31-03-2014    

Hondenvoedsel: fabels en feiten.

Hondenvoer: fabels en feiten Wat is er al niet geschreven over hondenvoer. Zo zou de hond een vleeseter zijn. Extra vitaminen zouden aan hondenvoeding dienen te worden toegevoegd. De hondenvacht zou gebaat zijn bij het eten van rauwe eieren, terijl het drinken van melk loopogen zou veroorzaken. Wat is er wel en wat is er niet waar van deze beweringen?
 
De hond, een vleeseter!
Deze stelling is geheel onjuist. De hond is een afstammeling van de wolf en de wolf is een beesteter. Wanneer een roedel wolven hun prooi heeft gedood, wordt als eerste de buikholte van het onfortuinlijke slachtoffer leeggegeten. En die buikholte is beslist niet alleen gevuld met vlees. Bovendien leeft de hond al meer dan acht eeuwen naast de mens en is hij zelfs in zijn voedselbehoefte een beetje op de mens gaan lijken. Van Beesteter is hij een alleseter geworden. Wanneer de hond alleen maar vlees zou eten, dan wordt hij ziek en gaat hij na enige tijd dood. Het is wel zo dat een deel van het hondenvoedsel uit dierlijke eiwitten moet bestaan.
 
Extra druivensuiker is goed voor zijn spieren
Voor een gezonde hond is druivensuiker als voeding onzin. De verbrandingsenergie wordt immers gehaald uit eiwitten vetten en koolhydraten. Wel is het zo dat wanneer honden uitgehongerd of ziek zijn en geen vast voedsel kunnen verdragen, wat druivensuiker soelaas kan bieden omdat het snel en eenvoudig een energieboost geeft. Bij krachtsinspanning zal een hond altijd zijn vetreserve aanspreken en is het belangrijk dat er enige vetreserve aanwezig is.
 
Extra vitaminen en mineralen toevoegen aan voedsel is gezond
Een compleet voer, in overeenstemming leeftijd en gezondheid behoeft geen extra toevoegingen aan vitaminen en mineralen. Deze extra toevoegingen zouden zelfs voor grote gezondheidsproblemen kunnen zorgen. Botten, nieren en bloedsomloop zouden, onder de extra vitaminen impuls, sterk te lijden hebben. Gelukkig valt dat voor, bijvoorbeeld, extra toevoegingen in de vorm van vintaminen C en B-complex wel mee. Een teveel hieraan wordt via de urine uitgescheiden. Wanneer er door ziekte of voedingsfouten een tekort aan vitaminen is kan het toevoegen van extra vitaminen wel nut en effect hebben. Maar wees altijd voorzichtig en ga als hondenbezitter nooit op eigen houtje te werk maar raadpleeg een dierenarts. Een beetje teveel of te weinig aan stoffen zoals vitamine D, kalium of fosfor in het hondenvoer, kan bij een opgroeiende hond ernstige afwijkingen te zien geven in de groei en vormgeving van het beendergestel.

Rauwe eieren, goed voor de vacht .
Het eten van rauwe eieren zou volgens de volksfabel goed zijn voor de hond en kat. Zo zouden zij verzekerd zijn van een prachtige, glimmende vacht. Niets is minder waar. Rauwe eieren bevatten enzymen die de biotine en Thiamine afbreken Biotine is belangrijk voor de vet en suikerstofwisseling en nodig voor de productie van vetzuren terwijl Thiamine ofwel vitamine B1 nodig is om uit voedingsmiddelen energie vrij te maken.

Oude hond moet extra veel eiwit (vlees) hebben
Honden van 8 jaar en ouder beschikken meestal over matig werkende nieren. De extra aanwezige eiwitten in voedsel belasten de toch al niet meer zo goed functionerende nieren van de hond nog eens stevig. Het geven van minder eiwit is voor de oudere hond beter. Wel moeten hondeneigenaren letten op een hoogwaardige kwaliteit van eiwitten. Zijn eiwitten kwalitatief beter, dan betekent dit dat er minder afvalstoffen zullen ontstaan en er minder belasting voor de nieren is. Het devies is dus MINDER MAAR BETER.
 

Met dank aan: Jan Oostland
Website: www.oostland-diensthonden-opleidingen.nl
Datum: 31-03-2014