Hondenvoedsel: fabels en feiten.
Hondenvoer: fabels en feiten Wat is er al niet
geschreven over hondenvoer. Zo zou de hond een vleeseter
zijn. Extra vitaminen zouden aan hondenvoeding dienen te
worden toegevoegd. De hondenvacht zou gebaat zijn bij
het eten van rauwe eieren, terijl het drinken van melk
loopogen zou veroorzaken. Wat is er wel en wat is er
niet waar van deze beweringen?
De hond, een vleeseter!
Deze stelling is geheel onjuist. De hond is een
afstammeling van de wolf en de wolf is een beesteter. Wanneer
een roedel wolven hun prooi heeft gedood, wordt als
eerste de buikholte van het onfortuinlijke slachtoffer
leeggegeten. En die buikholte is beslist niet alleen
gevuld met vlees. Bovendien leeft de hond al meer dan
acht eeuwen naast de mens en is hij zelfs in zijn
voedselbehoefte een beetje op de mens gaan lijken. Van
Beesteter is hij een alleseter geworden. Wanneer de hond
alleen maar vlees zou eten, dan wordt hij ziek en gaat
hij na enige tijd dood. Het is wel zo dat een deel van
het hondenvoedsel uit dierlijke eiwitten moet bestaan.
Extra druivensuiker is goed voor zijn spieren
Voor een gezonde hond is druivensuiker als voeding onzin.
De verbrandingsenergie wordt immers gehaald uit eiwitten
vetten en koolhydraten. Wel is het zo dat wanneer honden
uitgehongerd of ziek zijn en geen vast voedsel kunnen
verdragen, wat druivensuiker soelaas kan bieden omdat
het snel en eenvoudig een energieboost geeft. Bij
krachtsinspanning zal een hond altijd zijn vetreserve
aanspreken en is het belangrijk dat er enige vetreserve
aanwezig is.
Extra vitaminen en mineralen toevoegen aan voedsel is
gezond
Een compleet voer, in overeenstemming leeftijd en
gezondheid behoeft geen extra toevoegingen aan vitaminen
en mineralen. Deze extra toevoegingen zouden zelfs voor
grote gezondheidsproblemen kunnen zorgen. Botten, nieren
en bloedsomloop zouden, onder de extra vitaminen impuls,
sterk te lijden hebben. Gelukkig valt dat voor,
bijvoorbeeld, extra toevoegingen in de vorm van
vintaminen C en B-complex wel mee. Een teveel hieraan
wordt via de urine uitgescheiden. Wanneer er door ziekte
of voedingsfouten een tekort aan vitaminen is kan het
toevoegen van extra vitaminen wel nut en effect hebben.
Maar wees altijd voorzichtig en ga als hondenbezitter
nooit op eigen houtje te werk maar raadpleeg een
dierenarts. Een beetje teveel of te weinig aan stoffen
zoals vitamine D, kalium of fosfor in het hondenvoer,
kan bij een opgroeiende hond ernstige afwijkingen te
zien geven in de groei en vormgeving van het
beendergestel.
Rauwe eieren, goed voor de vacht .
Het eten van rauwe eieren zou volgens de volksfabel goed
zijn voor de hond en kat. Zo zouden zij verzekerd zijn
van een prachtige, glimmende vacht. Niets is minder waar.
Rauwe eieren bevatten enzymen die de biotine en Thiamine
afbreken Biotine is belangrijk voor de vet en
suikerstofwisseling en nodig voor de productie van
vetzuren terwijl Thiamine ofwel vitamine B1 nodig is om
uit voedingsmiddelen energie vrij te maken.
Oude hond moet extra veel eiwit (vlees) hebben
Honden van 8 jaar en ouder beschikken meestal over matig
werkende nieren. De extra aanwezige eiwitten in voedsel
belasten de toch al niet meer zo goed functionerende
nieren van de hond nog eens stevig. Het geven van minder
eiwit is voor de oudere hond beter. Wel moeten
hondeneigenaren letten op een hoogwaardige kwaliteit van
eiwitten. Zijn eiwitten kwalitatief beter, dan betekent
dit dat er minder afvalstoffen zullen ontstaan en er
minder belasting voor de nieren is. Het devies is dus
MINDER MAAR BETER.
 |
|