Hondentraining: achter bewegende
objecten aanrennen
Je loopt heerlijk te wandelen in het bos. Hondje los van
de riem, lekker rennend en springend. Ineens staat je
hond stokstijf stil. Jouw hart begint te kloppen, want
je weet 'hoe laat het is'. Je hond neemt een strakke
houding aan, zakt door zijn voorpoten, neemt een
jachthouding aan en......weg is tie!
Jagen achter bewegende voorwerpen
Maar weinig gedragingen van een hond zijn zo
onvoorspelbaar en irritant als jagen achter bewegende
voorwerpen. Onvoorspelbaar omdat de hond met zijn goed
ontwikkelde zintuigen veel eerder voelt, hoort, ruikt of
ziet wanneer zijn 'favoriete' najaagobject weer
langskomt. Dit kan van alles zijn. Joggers, fietsers,
brommers, aanhangers, tractoren, paarden, skeelers etc.
De lijst is oneindig.
Waarom toch dat jagen?
Honden zijn van nature jagers. Bij de ene hond is deze
eigenschap sterker ontwikkeld dan bij de andere hond.
Niet alleen bij echte jachthonden is deze eigenschap
sterk ontwikkeld, ook Terriërs, herdershonden,
veedrijvers en windhonden kunnen je plotseling verrassen
met een onverwachte jachtpartij. Maar theoretisch kan
iedere hond deze jachtdrift ontwikkelen.
 |
Leerproces
Als we nu eens het jagen achter bewegende objecten
vanuit de hond bekijken, dan ziet het er leerproces er
als volgt uit:
1. Pupje of jonge hond loopt op straat.
2. Zijn aandacht wordt plotseling getrokken door een
bewegend object. Met name objecten die ook geluid maken
zijn erg interessant.
3. Pupje wil achter het bewegende object aanlopen.
Baasje zegt: 'Foei'... Hond denkt echter: 'Oow, vind jij
dat bewegende voorwerp ook zo interessant?', 'volgende
keer samen jagen?'.
4. Volgende keer als een bewegende object langskomt doet
pupje beter zijn best. Helaas zit pupje aan de riem.
Prima middel om mee te corrigeren (denkt de baas) en
geeft een snuk. Baas boos...!
5. Nu maakt pupje een keuze: of pupje ervaart de extra
aandacht voor het najagen als een extra stimulans (=bekrachtiging)
om in het vervolg nog beter zijn best te doen of pupje
wordt een beetje bang voor bewegende objecten. Want
iedere keer als er een bewegend object langskomt krijgt
pupje een snuk aan zijn riem en wordt de baas gespannen.
Pupje snapt niet waarom... Vanaf dat moment verandert
najagen langzaam maar zeker in opjagen met als doel om
de bewegende prikkel weg te jagen.
6. Vanaf dat moment houdt pupje die puber begint te
worden alle bewegende voorwerpen nauwlettend in de gaten.
Wanneer ze te dichtbij komen moeten ze worden weggejaagd.
Jagen is altijd succes
Jagen is voor de hond altijd succesvol! Immers, het
jachtgedrag zit hem in de genen. Van jagen krijgt de
gemiddelde hond een goed gevoel. Zeker in het geval van
opjagen (=wegjagen van een stressvolle of beangstigende
prikkel). Iedere keer wanneer de hond zijn wegjaagtrucs
uit de kast trekt lukt het hem om de prikkel weg te
jagen.
Logisch, want er is geen jogger, fietser, brommer etc.
die zal blijven staan totdat de hond zijn verwoede
wegjaagpogingen opgeeft. Jagen is altijd succesvol voor
de hond. Het maakt niet uit of de hond aangelijnd is of
los is van de riem. We noemen jagen ook wel 'zelfbelonend
gedrag'. De beloning haalt de hond uit het uitvoeren van
het (probleem)gedrag.
Jaaggedrag straffen
Het lijkt zo verleidelijk om de hond te straffen wanneer
hij bezig is tijdens het opjagen. In een enkel geval
lukt dit succesvol. Echter de praktijk leert ons dat:
- De hond meestal te gestresst is om de correctie te
voelen.
- De correctie een hond nog meer kan opfokken.
- De hond de correctie soms voor lief neemt, de drang om
op te jagen is vaak groter.
- Stel, je doet écht je 'best' en je blesseert hem
serieus. Wat dan?
In verreweg de meeste gevallen is straffen dus geen
optie. De hond zal ander (vervangend) gedrag moeten
aanleren.
 |
Je hond ander gedrag aanleren
De enige, echt effectieve manier om succes te boeken in
je strijd tegen het op- en najagen omvat twee elementen:
1.Op- en/of najagen mag de hond geen 'succes' meer
opleveren.
Doordat jagen 'zelfbelonend' gedrag is (de hond beloont
zichzelf door te jagen en eventueel door de extra
aandacht die hij krijgt van de eigenaar), zal voorkomen
moeten worden dat de hond in staat is om achter
bewegende voorwerpen te jagen.
2. De hond zal ander (=vervangend) gedrag dienen aan te
leren.
Door enkel en alleen te voorkomen dat je hond jaagt, zal
zijn gedrag niet blijvend veranderen. Om gewoontes te
doorbreken zal een goed alternatief geboden moeten
worden. Uiteraard wijs jij hem de weg...
Aan de slag
Voordat je echt aan de slag kunt met deze training zul
je moeten vaststellen wat het kritieke punt is bij jouw
hond. Het kritieke punt is het punt waarop jouw hond
besluit om te reageren op bewegende objecten. Dit wordt
gemeten in meters. Bijvoorbeeld, Fikkie probeert achter
fietsers aan je jagen wanneer ze ongeveer 10 meter van
hem verwijderd zijn. Of, Blackie wordt hysterisch
wanneer joggers op ongeveer 2 meter voorbij rennen etc.
Leer je hond om te zitten en aandacht te hebben voor jou.
Hiermee begin je in een prikkelarme omgeving zoals:
binnen in huis, in de tuin of ergens waar je niet wordt
afgeleid. Lijn je hond aan, laat hem zitten en beloon
hem met een brokje. Lok hem niet, maar geef de beloning
pas wanneer hij netjes is gaan zitten op jouw commando.
Breid deze oefening rustig uit door je hond te laten
zitten en hem jou aan te laten kijken. Oefen hier
intensief op. Hij krijgt dus pas zijn beloning wanneer
hij is gaan zitten op jouw commando en jou rustig blijft
aankijken. Geef dit het commando "Let op". Maak het hem
niet te moeilijk, ga recht tegenover je hond staan zodat
hij eigenlijk geen andere keuze heeft dan jou aan te
kijken.
Stap 1
Ga actief op zoek naar een plek waar joggers of fietsers
voorbij komen. Je kunt natuurlijk ook een assistent
vragen om je te helpen. Deze kan voorbij fietsen of
joggen. Één ding is heel belangrijk: blijf voor het
kritieke punt waarop je hond besluit om te reageren!
Geef het commando "Zit" en beloon je hond met een
snoepje of met een balspelletje. Herhaal deze oefening
en breidt uit met een "Let op". Deze stap moet soepel en
betrouwbaar verlopen voordat je door kunt gaan met stap
2.
Deze stap leert je hond om zijn nieuwverworven
vaardigheden ("Zit" en "Let op") in de praktijk toe te
passen zonder dat er een drang is om achter bewegende
voorwerpen of objecten aan te jagen.
Stap 2 
Ga nu dichter naar het kritieke punt toe. Zorg ervoor
dat jij met je rug naar de bewegende prikkel staat en
dat de bewegende prikkel in de richting van je hond komt.
Prikkels die op je hond afkomen zullen namelijk minder
interessant zijn dan prikkels die van je hond vandaan
gaan. Wanneer de prikkel eraan komt (maar wel voldoende
afstand houdt) zet jij je hond in een "Zit" en in "Let
op". Voordat jouw hond besluit om te reageren op de
bewegende prikkel zeg je 'goed zo' en beloon je hem
uitbundig. Tijdens het belonen leid je hem weg van de
prikkel om te voorkomen dat hij niet alsnog interesse
vertoont in de bewegende prikkel die waarschijnlijk
steeds dichterbij komt.
Deze stap leert je hond om in kleine stapjes te wennen
aan het vertonen van ander gedrag t.o.v. bewegende
prikkels. De drempel om te reageren ligt nog hoog.
Stap 3  
Voer nu stap 2 uit, maar dan net onder de kritieke
afstand. Vergeet niet om met jouw rug naar de bewegende
prikkel te staan zodat de bewegende prikkel op je hond
afkomt. Laat de prikkel niet te dichtbij komen zodat je
hond in de verleiding komt om te jagen. Maak deze
oefening in kleine stapjes moeilijker door steeds
dichter naar de bewegende prikkel toe te gaan.
Deze stap slaat een brug tussen een situatie waarbij de
kans nihil is dat je hond reageert op de bewegende
prikkel en een situatie waarbij de kans realistisch
wordt dat de hond (normaal gesproken) zou reageren op de
bewegende prikkel.
Stap 4   
Nu neem je weer meer afstand. Net voor het kritieke
punt. Zorg er echter nu voor dat jij de prikkel aan ziet
komen en je hond niet. Zet hem daarom met zijn rug naar
de (tegemoet komende) bewegende prikkel. Dit zal
betekenen dat hij ineens geconfronteerd wordt met de
bewegende prikkel die langs hem komt en tevens van hem
vandaan gaat. Dit zal zijn jachtdrift beduidend sterker
prikkelen dan de situatie waarin de bewegende prikkel op
hem af kwam. Echter, doordat jij je hond in een "Zit"
zet en hem het commando "Let op" geeft zal hij moeten
kiezen tussen het opvolgen van dit commando en reageren
op de prikkel. Indien je voldoende afstand hebt
gecreëerd, zal je hond voor het eerste kiezen. Indien
dit het geval is, dan kun je je hond de hemel inprijzen
en hem extra belonen. In het geval dat je hond toch
reageert handel je als volgt: je keert je direct af van
je hond en loopt weg van de bewegende prikkel. Hiermee
haal je het succes van het jagen weg en toon jij je hond
dat hij zijn kans op een beloning heeft misgelopen.
Herhaal deze oefening wel snel maar vergroot de afstand
tot de bewegende prikkel.
Deze stap leert je hond om gericht te kiezen tussen twee
opties. De ene optie levert hem veel op en de andere
optie levert hem niets meer op.
Stap 5    
Bouw de intensiteit van de oefening in kleine stapjes op
door plaatsen op te zoeken waar je hond meer
geconfronteerd wordt met bewegende prikkels. Laat hem
zitten en aandacht hebben voor jou. Je kunt nu ook een
lange riem introduceren. Zodoende kun je afstand creëren
tussen jouw en je hond. Op deze manier kun je hem leren
om niet achter de bewegende objecten aan te jagen
wanneer hij verder van jou vandaan is (bijvoorbeeld als
hij los van de riem is). De lange riem moet ervoor
zorgen dat hij niet succesvol kan jagen wanneer hij een
'foute' keuze maakt. Het is dus enkel een controlemiddel.
Neem de tijd
Om deze training succesvol toe te passen zul je de tijd
moeten nemen om te trainen. Train liever wat vaker in
korte sessies dan één of twee langere sessies per dag.
Belonen afbouwen
Gaandeweg kun je de hoeveelheid brokjes waarmee je
beloont afbouwen. Besluit niet van de ene op de andere
dag om helemaal te stoppen met belonen, want dan raakt
je hond waarschijnlijk gefrustreerd. En gefrustreerde
honden vertonen over het algemeen gedrag waarmee ze in
de voorgaande jaren succes mee hebben gehad.
In veel gevallen is het verstandig om je te laten
coachen door een ervaren hondentrainer of een
gedragstherapeut. Vooral de laatstgenoemde zal zich
kritisch opstellen t.o.v. jouw eigen gedrag. Dit lijkt
vreemd, maar honden reageren nu eenmaal sterk op ons
gedrag. Zeker in het geval van 'jagen achter bewegende
objecten' is de eigenaar meestal verbonden aan het
gedrag.
Laat het me weten als je vragen of opmerkingen hebt over
deze training. Feedback is altijd welkom!
Je kunt je vraag ook online aan me stellen. (Zie op de
site van petplace)
Marco Starink
 |
|