SCHILDKLIER AANDOENING BIJ DE HOND
Functie van de schildklier
De schildklier is een vlindervormig orgaan, dat dicht
onder het strottenhoofd links en rechts van de luchtpijp
ligt en door een smal middelstukje wordt verbonden. Een
hormoon uit de hypofyse (TSH) beïnvloedt de schildklier
en zorgt er zo voor, dat de schildklier de juiste
hoeveelheid hormonen aanmaakt. De schildklierhormonen
heten T3 en T4 en zijn zeer belangrijk voor de regulatie
van de stofwisseling. T4 is een inactief voorstadium en
T3 is het actieve schildklierhormoon. De bloedwaarden
kunnen, afhankelijk van het laboratorium, wat wisselen.
Daarom moet u ze altijd met de referentiewaarden op het
laboratoriumformulier vergelijken. Wanneer de
schildklier te weinig hormonen produceert, noemt men dit
hypothyreose. Hypothyreose komt bij honden redelijk vaak
voor. Men schat, dat 1 op de 150-500 honden een te
langzaam werkende schildklier heeft. Grote tot
middenslag honden zijn vaker aangedaan dan kleinere
rassen. In de meeste gevallen wordt de
schildklierafwijking verkregen op latere leeftijd.
Aangeboren gevallen zijn wel beschreven, maar komen zeer
sporadisch voor. Deze pups groeien niet normaal. Een
hypothyreose komt bij poezen bijna nooit voor.
Schildklierafwijkingen worden
onderverdeeld in twee vormen.
De auto-immuun aandoening.
Hierbij geldt dat het afweersysteem van de hond zijn
eigen schildklier aanvalt en stukmaakt. Deze periode van
schildklier destructie kan 3-4 jaar duren totdat er
zoveel schildklier kapot is gemaakt dat er te weinig
hormoon geproduceerd wordt. Er is een duidelijke
rasvoorkeur voor deze aandoening. Rassen die verhoogde
risico lopen zijn o.a. de Barzoi, Beagle, Doberman,
Duitse Dog, Ierse setter en de Bobtail.
De atrofie aandoening.
Letterlijk betekent dit dat de schildklier steeds
kleiner wordt (atrofie). Een mogelijke oorzaak is nog
niet bekend. Rassen die verhoogde risico lopen zijn o.a.
de Golden Retriever, Schnauzer, Airedale Terriër, Cocker
Spaniël en de Teckel.
De symptomen bij deze aandoening kunnen zeer
uiteenlopend zijn. Meestal worden vachtaandoeningen
waargenomen. Haarverlies op de staart, flanken of achter
de oren. Donkerder worden van de huid; droge, wat
schilferige huid. Gewichtstoename, sufheid, sloomheid,
algehele desinteresse, neiging naar warme plekken te
gaan, langzame hartslag en onvruchtbaarheid. Enkele
extreme en minder vaak voorkomende symptomen zijn:
spierzwakte, lage lichaamstemperatuur, afwijkingen van
het zenuwstelsel: verlammingen en kreupelheden, alsmede
een verminderde contractiekracht van het hart.
Diagnose schildklierafwijking
De diagnose wordt gesteld doormiddel van bloedonderzoek.
Dit is een relatief eenvoudige test die door uw
dierenarts uitgevoerd kan worden. Hierbij wordt de
hormoonconcentratie gemeten. Als het vermoeden op een
auto-immune aandoening aanwezig is, kan de
hormoonconcentratie meting worden uitgebreid met een
test op "auto-antilichamen". Honden kunnen gelijktijdig
van beide schildklier aandoeningen last hebben.

Behandeling schildklierafwijking
Deze bestaat uit het geven van een speciale combinatie
van lichaamseigen mineralen. Hierdoor wordt de hormoon
productie gestabiliseerd tot een normale waarde. Het
lichaam van uw hond reageert binnen enkele dagen tot
enkele weken. Dit is geheel afhankelijk van de ernst en
de tijdsduur dat uw hond de aandoening heeft. |